Van zeehond tot gorilla - Reisverslag uit Kaikoura, Nieuw Zeeland van Ilse Stronks - WaarBenJij.nu Van zeehond tot gorilla - Reisverslag uit Kaikoura, Nieuw Zeeland van Ilse Stronks - WaarBenJij.nu

Van zeehond tot gorilla

Door: Ilse

Blijf op de hoogte en volg Ilse

30 Maart 2014 | Nieuw Zeeland, Kaikoura

Gunn's Camp to Invercargill, 12 maart
Te zien aan de foto's die ik deze dag gemaakt heb (lees: geen) wordt wat ik al veel heb gehoord bevestigd: Invercargill is waarschijnlijk het minst boeiende stadje dat ik op mijn reis ga tegenkomen. Toch moesten we daar een nachtje doorbrengen om de volgende dag te vertrekken op een roadtrip naar Dunedin! Met mijn twee reisgenootjes Adélie (Canada) en Wouter (Nederland) hebben we een auto gehuurd om even een paar dagen op eigen houtje Nieuw Zeeland te bekijken. Dunedin schijnt een levendige studentenstad te zijn en op het aangrenzende Otago penninsula is de kans op het spotten van zeeleeuwen, pinguïns en albatrossen behoorlijk groot, dus het belooft een mooi tripje te worden.

Invercargill to Dunedin, 13 en 14 maart
In de ochtend vertrokken we met een auto volgeladen met vier Nederlanders en een Canadees op weg naar Dunedin. Iets meer mensen dan volgens plan, maar de auto bleek zo groot dat er makkelijk twee meer bijpasten, dus ook Ruben en Dennis voegden zich bij ons. Hoewel ik na al die weken nu wel redelijk veilig en zonder te hard na hoeven denken een straat kan oversteken, is het feit dat je hier aan de 'verkeerde' kant van de weg moet rijden vanuit het zicht van een auto nieuw en vooral heel erg wennen voor mij. Vooral wanneer de persoon linksvoor zich omdraait om iets te vertellen en ik alleen maar kan denken 'kun je alsjeblieft je ogen op de weg houden', waarna ik er na een paar seconden achter kom dat de bestuurder natuurkijk rechts zit. De bestuurder lijkt er minder last van te hebben en we cruisen veilig door het Nieuw Zeelandse platteland (gerustgesteld, pap en mam? ;)) De weg naar Dunedin voert je langs de prachtige Catlins, de zuidkust van Nieuw Zeeland. Onderweg maakten we een paar stops om zeeleeuwen te spotten. We hoefden niet lang te zoeken en we vonden er eentje, vlak naast het pad aan het doen wat ze het liefst doen: slapen. Een stukje verderop stond er eentje heel parmantig te wezen, met z'n hoofd hoog in de lucht gestoken. We konden het natuurlijk niet laten wat foto's van ons met het beest te maken ;) Ook hebben we Slope point bezocht, het meest zuidelijke stukje van het zuidereiland. Ik begin zo onderhand wel een beetje ziek te worden van al die Lord of the Rings dingen, dus ik was blij dat we in een hostel genaamd Hogwarts zouden verblijven! Er was helaas niet veel in het hostel dat je deed voelen alsof je echt in Zweinstein was, maar het was tot nu toe wel het beste hostel waar ik ben geweest. Heerlijk ruime kamers met single bedden - dus geen stapelbedden. Wauwie! Omdat Dunedin een studentenstad zou zijn besloten we deze avond de stad onveilig te maken. Na een korte wandeling belandden we in de eerste kroeg waar een bandje speelde, dat is meestal wel een teken voor een goed café, toch? Na ons eerste drankje gekocht te hebben bleek het echter een kroeg voor spacende pubers en zweverige locals te zijn. Wat ze op hadden geen idee, maar ze gingen helemaal op in hun eigen wereld. Oké, tijd voor de volgende kroeg! We liepen wat verder en hoorden ergens foute muziek vandaan komen en besloten een kijkje te nemen. Wederom belandden we in een al vergevorderd feestje. Hoewel het pas rond elven was was iedereen al helemaal - hoe ga ik dit netjes zeggen- 'van de kaart'. Compleet met de te zomerse outfits en de discomuziek was het toch niet helemaal waar we naar op zoek waren en we vervolgden onze zoektocht. We struinden langs een donker steegje waar je in de verte vuur zag wakkeren. Mm, wat zou dat zijn? We liepen het steegje in en kwamen uit bij een terras dat hoorde bij een soort inimini club. Het voelde meteen een beetje alsof we in de underground scene van Dunedin beland waren! De muziek was erg experimenteel en ook de manier van draaien van de DJ was wat mij betreft heel experimenteel (met bewegingen en al) en de sfeer was een beetje duister. We hebben hier ons prima vermaakt voor een tijdje!

De volgende ochtend hebben we lekker uitgeslapen, in de middag zijn we vertrokken naar de penninsula. Net van het vaste land af zagen we dat de tank van de auto behoorlijk aan het leegdruppelen was, zouden we het redden tot het einde van de dag? We hebben de gok maar genomen. Als eerste reden we naar de top van het schiereiland om albatrossen te kunnen zien. Eenmaal boven aangekomen bleek dit alleen mogelijk wanneer je een speciale boottrip boekt, met alle kosten van dien. Een beetje beteuterd vervolgden we het tripje naar een strand, waar je alleen kon komen door 45 minuten te wandelen. Adélie en ik besloten onze tijd nuttig te besteden met lezen en slapen, terwijl de mannen de wandeling deden. Het was zo rustig daar, ik denk tot nu toe mijn favoriete relaxplekje tot nu toe! De zon scheen op mijn bolletje, er graasden wat schaapjes vlak naast ons en het uitzicht was ook niet onprettig. Ja, dat kan ik toch wel zeggen nadat ik er aardig wat heb uitgeprobeerd de afgelopen weken ;) Daarna zijn we in de auto gesprongen om naar een strand te gaan waar je goed pinguïns kunt spotten. Het was een hele klim over bergen en door de duinen, maar het was wederom adembenemend mooi. Na wat prachtige selfies gemaakt te hebben begaven we ons naar de hiding place van waar je de pinguïns het strand op kunt zien waggelen. Pinguïns hebben we helaas na een tijd wachten niet gezien, zeeleeuwen hebben ons wel vermaakt in die tijd. De weg terug naar de auto was dramatisch, de steile duinen die we af hebben gerend konden we met heel veel moeite weer terug beklimmen. Ondertussen begon het af te koelen en maakte de wind ons koud. Schrale troost waren de kleuren van het zand van de duinen: geel waar de zon nog net het zand kon aanraken, paarsblauw waar ze niet meer scheen. Het leek bijna een schilderij zo mooi en zo surrealistisch. Eenmaal weer in het hostel aangekomen - zonder de Nieuw Zeelandse ANWB gebeld te hoeven hebben voor een jerrycan met brandstof - waren we het er allemaal over eens dat we dit tripje op een gepaste manier moesten afsluiten. De kebab was heerlijk! :)

Dunedin to Queenstown, 15 tot en met 17 maart
De laatste ochtend in Dunedin hebben we een bezoekje gebracht aan de markt en heb ik mezelf getrakteerd op verse aardbeien, mais, frambozen, een Libanese lekkernij en een heerlijke muffin. De laatste attractie die we bezochten was Baldwin street, de steilste straat in de wereld. We hebben maar niet geprobeerd de straat uit te rijden met onze familie-auto. We zijn weer laat aangekomen in Queenstown. Het was zaterdagavond en hét moment voor een feestje, maar we zijn weer heerlijk vroeg ons bed in gedoken :)

De volgende dag was uitslaapdag, in de middag hebben we Queenstown Hill track gedaan. De weg naar het begin van de track was heftiger dan de hele track zelf, jeetje. Als je zou zeggen dat dit de steilste weg in de wereld was had ik het geloofd! Het uitzicht was het waard, en we hadden onze dagelijkse beweging ook weer gehad.

Zondag stond in het teken van mountainbiken, yes! Dit keer besloten Adélie en ik te gaan voor een wat rustigere variant dan die in Wanaka. We cruisden langs Lake Wakatipu, het meer waar Queenstown aan grenst, en maakten fotostop na fotostop. Het was zo mooi, het verbaasde me steeds weer. We aten onze lunch op een bankje met niemand om ons heen, geen geluid om ons genot te verstoren. En op de weg terug gebeurde het: de ketting van m'n fiets lag eraf. Gelukkig heb ik een paar weken voor vertrek een telefonische spoedcursus 'hoe fix ik mijn fiets als de ketting eraf ligt' gehad van een heel behulpzame, intelligente jongeman en heb ik het klusje zelf kunnen klaren zonder al te vieze handen te krijgen ('tip: gebruik je sleutel') ;) Ondertussen begon het te regenen, maar daar konden we dan ook bijna niet onderuit. Tot nu toe hebben we zoveel geluk gehad met het weer. En ik kan je zeggen, de regen voelde niet eens erg! Een stad als Queenstown krijgt charme wanneer ze in een waas van regen gehuld wordt. En ik kan uit ervaring spreken als ik zeg dat in een hottub zitten na mountainbiken terwijl het regent een waar genot is. Het feit dat het regent maakt de ervaring zelfs beter :) Later die avond was het eindelijk tijd voor de belofte van Queenstown: de Fergburger. De Fat Tui burger in Abel Tasman was al zo goed, kan deze eraan tippen? Wat mij betreft niet. Maar het was wederom heerlijk, helemaal na een lichamelijke inspanning. Omdat het St Patricksday was zochten we later die avond een Irish Pub op, waar alleen maar dronken dansende mensen waren. De livemuziek was top, Iers banjogeluid en fluiten vulden de ruimte met plezier. De dansjes waren iets te bont voor ons, dus we zijn niet zo lang gebleven.

Queenstown to Mt Cook, 18 maart
Vanaf hier vervolg ik mijn reis weer met mijn twee maatjes. De reis vandaag bracht ons naar Mt Cook, de hoogste berg van Nieuw Zeeland. Hier komen we aan in de accommodatie met het mooiste uitzicht tot nu toe. Een gigantisch panoramaraam in de loungeruimte zorgt voor veel licht en een prachtig zicht op (de voet van) Mt Cook. Die middag maakten we een korte wandeling in het Hobbitlandschap dat de berg omringt. Woorden en misschien zelfs foto's zijn niet genoeg om vast te leggen hoe mooi het daar was. Toch heb ik geprobeerd foto's te maken, zie het resultaat.

Mt Cook to Lake Tekapo, 19 maart
Vroeg in de ochtend zijn we in Lake Tekapo aangekomen, dus we hebben een hele dag om Lake Tekapo te bekijken, het kleinste stadje tot nu toe. De vibe: rustig. Het 'stadje' is letterlijk één straat die coty centre genoemd wordt, waar op een kleine supermarkt, wat cafeetjes en touristenkantoren na niets te vinden is. Iets verderop is er de Church of the Good Shepherd te vinden, een kerkje dat op zo ongeveer elke ansichtkaart in heel Nieuw Zeeland te vinden is. Die moest ik natuurlijk ook even vastleggen ;) Helaas: onmogelijk. Alle anderen die er waren - er was zojuist een bus bejaarden gedropt - hadden ook dit idee en ik kom dus geen foto maken zonder mensen erin. Na het bezoekje aan de kerk hebben we een kleine wandeling gedaan en zijn we op een strandje gaan chillen. Vandaag waren we nog niet aan onze lichamelijke bewegingstax gekomen dus gingen we tennissen op de nabijgelegen tennisbaan. Ik heb me goed vermaakt en merkte dat mijn tennisskills niet vooruit maar gelukkig ook niet achteruit zijn gegaan. De avond hebben we gevuld met monopoly in de Hobbit-variant spelen, maar ik prefereer toch de traditionele. Figuren als Nori, Ori en Dori de dwerg namen de plaats in van straten. Je kunt je voorstellen dat dat een extra belemmering is voor een LOTR-nitwit als ik en dat dat dus de volledige reden is dat ik helaas niet heb mogen winnen.

Lake Tekapo to Rangitata, 20 maart
De volgende morgen werd ik wakker met het gevoel dat het in de ochtend misschien niet zo druk zou zijn bij het kerkje dus ik sloop de kamer uit en begaf me naar de locatie. Nice, op een tweetal andere vroege vogels na niemand te zien! Nadat ik mijn plaatjes had geschoten liep ik weer terug en guess what? Een bus vol oude Aziaten draait net de parkeerplaats op. Is dat geluk of heb ik het een beetje afgedwongen door zo vroeg op te staan? Verder die dag is er niet zoveel spannends gebeurd, het meest spannende waren de drie-hoge stapelbedden. De accommodatie was in de middle of nowhere en het begon heel hard te regenen, dus we 'moesten' binnen zitten. Met een warme kop thee en een boek erbij is dat helemaal niet zo erg :) Er werd heerlijk voor ons gekookt en de avond werd weer eens gevuld met een potje kaarten.

Rangitata to Christchurch, 21 en 22 maart
Christchurch, een bestemming waar ik naar uitkeek. Ja je leest het goed: ik keek uit naar het bezoeken van een stad! Ik had het gevoel dat deze stad mij wel een paar dagen zoet kon houden, en het was tijd om te gaan onderzoeken of dat gevoel juist was. Na de aardbevingen is de stad een stuk rustiger geworden, dat is inderdaad te zien. Het lijkt alsof er in 'de binnenstad' - geen enkele stad hier lijkt een centrum te hebben zoals we dat in Europa kennen - niemand woont. Een spookstad zou ik het niet noemen, maar het komt er wel in de buurt. Deze middag zijn we naar New Brighton gegaan, een wijk aan de kust. Een verlaten wijk aan de kust, wat me wel een beetje een onheilspellend gevoel gaf. Dat en het was behoorlijk winderig, dus waarschijnlijk stonden onze gezichten op onweer. Er kwam namelijk een vriendelijke Maoriman naar ons toe om te zeggen dat we toch wel wat vrolijker moesten kijken. Oke, dat is nog wel grappig. Daarna liet hij ons echter niet meer met rust en na drie keer te hebben gevraagd waar we vandaan komen, hoeveel we per nacht betalen en dat zijn huis jouw huis is voor 20$ per nacht begon ik in ieder geval een beetje de kriebels te krijgen en hebben we hem afgewimpeld. Omdat we toch wel heel erg geschrokken waren - je moet toch een reden hebben - beloonden we onszelf met een ijsje (oké twee ijsjes). Weer terug in het centrum kwam ik erachter dat ik mijn jas verloren was, waarschijnlijk in de bus laten liggen. Wat nagevraagd te hebben en een telefoontje later bleek dat hij gevonden was en dat ik hem op kon halen bij het depot, vanaf 8 uur. De kou die ik zonder jas moest trotseren weerhield me er echter niet van om de stad wat beter te gaan verkennen :) De stad is vernietigd en verlaten, maar vormt daardoor een groot levendig schildersdoek voor kunstenaars. Op veel plekken in de stad is street art te vinden, een soort veredelde soort van graffiti in de ogen van velen, in mijn ogen een ware vorm van kunst. Het is bijzonder hoeveel kleur en karakter en hier en daar een beetje humor deze schilderingen aan een verdoemde stad als Christchurch kunnen geven. Zonder deze kleurrijke toevoegingen zou mijn beeld van Christchurch toch wat minder positief zijn, hier mogen de artists wat mij betreft dus wel mee doorgaan! Na het eten was het tijd om mijn jas op te halen. Ik ben in het donker in een spookstad (in het donker is het toch wel een beetje spookachtig) op industrieterreinen en op meerdere perfecte plekken 'om een meisje mee te nemen en te laten verdwijnen' geweest. Door mijn hoofd ging 'ik zou nu een beetje bang en vooral heel erg op mijn hoede moeten zijn', dus ik besloot goed om me heen te kijken en luisteren of er geen gek achter me aankwam. Het kostte wat omwegen en verkeerde tijdsinschattingen, maar klokslag 10 was ik weer thuis, mét jas :)

De volgende ochtend begon ik met een wandeling naar het noorden van Christchurch, ik had namelijk een afspraak staan bij een bone carving studio. Een man die er een beetje uitzag als een onbehaarde, supervriendelijke gorilla heeft me goed geholpen om een klein kunstwerkje te maken die nu de meeste dagen om mijn nek bungelt (en die vooral van alle kanten roept 'ik ben een toerist', maar dat maakt me niet uit want ik ben en voel me nou eenmaal een toerist!). Ik had een privésessie omdat er verder niemand anders zich had opgegeven, dus ik heb met de beste man niet alleen gesproken over het bone carven, maar ook over dingen als in hoeverre de gebeurtenissen van de afgelopen jaren zijn werk beïnvloed hebben. Wel degelijk, bleek. Hij kon van zijn werk in de studio leven voor de aardbevingen, maar nu niet meer door het teruggelopen aantal toeristen. Ook vertelde hij me dat dat veel terrein in Christchurch nu nog braak ligt te wijten is aan het feit dat de gebouwen die gepland staan gebouwd te worden door mensen gehuurd of gekocht moeten worden. Niemand is echter geïnteresseerd, omdat het een stuk duurder is dan voorheen. Omdat er geen geïnteresseerden zijn, wordt er niks gebouwd en zo blijft de stad een bouwput. Hopelijk wordt het de komende jaren wat positiever, zodat het leven van de getroffenen weer wat vrolijker wordt. Die middag zijn we een stadswandeling gaan maken langs de must sees in Christchurch, zoals de Cardboard Cathedral en het monument dat is gemaakt naar aanleiding van de 185 slachtoffers die de aardbeving geeisd heeft: 185 lege stoelen, allen gehuld in het wit. We vervolgden onze weg naar de RE:start mall, een klein winkelcentrum dat volledig is opgebouwd uit zeecontainers. Dat klinkt misschien heel modernistisch en ongezellig, modernistisch was het inderdaad maar zeker niet ongezellig. De meeste containers hadden twee zijden container en twee zijden ruit, wat het een industriële en luxe uitstraling gaf. Er waren dan ook veel luxueuze en exclusieve merken/winkels gevestigd. Ook was er een straatje met eettentjes. Ja, dit heeft leven en beweging, iets wat ze in Nederland ook wel mogen maken :) Volgende stop: het museum. We hadden maar een klein half uur tot sluitingstijd, wat erg jammer was want er was zo veel te zien. Er was een tentoonstelling over Maori en hun wapens en andere hulpmiddelen, en ergens anders opgezette dieren met jawel: kiwi's, albatrossen en pinguïns! Daar kwamen we echter niet voor, er was namelijk een street art tentoonstelling die ons hierheen heeft gelokt. Uiteindelijk deed de tentoonstelling minder met me dan de 'live' street art, omdat juist de omgeving veel toevoegt aan hoe je de kunstwerken ervaart. Dit nam niet weg dat het een gave tentoonstelling was!

De volgende keer vertel ik jullie alles over mijn 'thuis' van de afgelopen week, mijn nieuwe vriendjes en ik denk ook over mijn laatste dagen hier in Nieuw Zeeland. Tot dan!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Ilse

Actief sinds 03 Feb. 2014
Verslag gelezen: 354
Totaal aantal bezoekers 7862

Voorgaande reizen:

03 Februari 2014 - 08 April 2014

Mijn avontuur in Nieuw Zeeland

Landen bezocht: